De Turkse arrestatie op 2 maart van twee Griekse soldaten op verdenking van spionage, nadat het tweetal een "verboden militaire zone" langs de grens waren binnengegaan, zou in het Westen tot zorgen moeten leiden. Toen ze werden gearresteerd - in de kleine zone tussen Turkse en Griekse wachtposten - verklaarden Angelos Mitretodis en Dimitris Kouklatzis dat ze gewoon een paar meter in het dichte bos waren afgedwaald, als gevolg van de slechte weersomstandigheden. Ze hadden moeite om te zien waar ze naartoe gingen, en ze volgden sporen in de sneeuw.
Het pleidooi van hun advocaten voor vrijlating werd door een rechtbank in Edirne afgewezen met het argument dat "beelden aangetroffen waren in de mobiele telefoons van de soldaten, en dat ze van plan waren deze beelden naar hun superieuren te sturen".
In Brussel drong de Griekse minister van Defensie, Panos Kammenos, aan op een Europese interventie in deze zaak, en stelde dat Turkije en Griekenland als lidstaten van de NAVO het incident "na onderhandelingen tussen de twee strijdkrachten" vreedzaam moesten oplossen. Het hoofd van het buitenlands beleid van de Europese Unie, Federica Mogherini, zei dat de EU "hoopt dat er een snel en positief resultaat zal worden bereikt".
De voormalige aanvoerder van de Griekse strijdkrachten, Manousos Paragioudakis, was minder diplomatiek. Hij beschuldigde de Turkse speciale troepen van het "zetten van een valstrik" voor de soldaten en noemde de arrestaties een "complot". Paragioudakis benadrukte ook dat patrouilles vanuit Turkije en Griekenland vaak onbedoeld elkaars grenzen overschrijden, maar wanneer dit gebeurt, wordt de kwestie "ter plaatse opgelost" door rechtstreekse communicatie tussen Griekse en Turkse commandanten ter plekke. Tot nu toe, zo zei hij, zijn er geen arrestaties verricht als gevolg van dergelijke incidenten.
De Griekse minister van Buitenlandse Zaken, Nikos Kotzias, drong er bij Turkije op aan "de bepalingen van het internationaal recht toe te passen en een routineprocedure niet te veranderen in een groot juridisch en politiek probleem".
De Turkse premier Binali Yıldırım wees zijn oproep echter van de hand en hield vol dat de "rechterlijke macht zal doen wat het moet doen". Hij merkte ook met nadruk op: "Het is een gewoonte geworden om alle kwesties met betrekking tot Turkije naar de Europese Unie te brengen en daar steun te zoeken. Deze kwestie en andere soortgelijke pogingen zullen onze betrekkingen met de EU niet voor- noch achteruit bewegen."
Het opsluiten door Ankara van de twee Griekse soldaten door Ankara lijkt het laatste voorbeeld te zijn van wat de "gijzelings-diplomatie van Turkije" wordt genoemd. Andere voorbeelden zijn onder meer een Duits-Turkse journalist, Deniz Yücel; een Franse journalist, Loup Bureau; en een Amerikaanse pastor, Andrew Brunson. Allen werden in Turkije gevangengezet op verzonnen beschuldigingen van terrorisme.
In 2017 gebruikte de Turkse president Recep Tayyip Erdogan de detentie van Brunson openlijk als onderhandelingseis. In ruil voor Brunsons vrijheid eiste Erdogan de terugkeer naar Turkije uit de Verenigde Staten van de door hem zelf verbannen geestelijke Fethullah Gülen, die hij ervan beschuldigd achter de mislukte staatsgreep, in de zomer van 2016, tegen hem te zitten.
"Amerika wil dat we een priester terugsturen," zegt Erdoğan.
"U hebt ook een priester. U moet hem ook aan ons geven. Dan zullen we proberen om die persoon hier terug te sturen. Maar u zegt dan: "Meng ze niet door elkaar". Wat moet dat betekenen? Dat u een rechterlijke macht heeft en wij niet? Het is een feit dat de priester hier berecht wordt. Maar de priester daar [Gülen] woont in een paleis in Pennsylvania. Het zou voor u veel gemakkelijker zijn om hem naar ons terug te sturen."
Het moet opgemerkt worden dat pastor Brunson sinds oktober 2016 achter de tralies zit, maar de Turkse rechterlijke macht moet nog steeds een aanklacht indienen waarin de beschuldigingen tegen hem worden toegelicht.
Volgens projectdirecteur van Freedom House, Nate Schenkkan, "is het gijzelen door Turkije één van de meest urgente problemen geworden in de betrekkingen tussen Ankara en zijn westerse bondgenoten. Het is iets waarvan iedereen weet dat het gebeurt, maar politieke leiders en diplomaten zijn terughoudend om het zo te noemen".
Gezien de recente arrestatie van de twee Griekse soldaten lijkt het gijzelen door Turkije nu ook tegen Athene gericht te zijn. Het is mogelijk dat het tweetal gebruikt zal worden tegen Griekenland om acht Turkse militairen -die tijdens de mislukte staatsgreep asiel hebben aangevraagd in Griekenland- uitgeleverd te krijgen. Hoewel zij hun betrokkenheid bij de couppoging ontkennen, heeft de Turkse regering hen beschuldigd van "verraad" en "terrorisme". Zodoende heeft Griekenland het verzoek van Ankara om de officieren terug te sturen van de hand gewezen met het argument dat ze in Turkije geen eerlijk proces zullen krijgen en dat hun leven in gevaar zou zijn.
Deze laatste daad van mogelijke "gijzelingsdiplomatie" komt op een moment dat de spanning tussen Griekenland en Turkije al hoog opgelopen is, waarbij Erdoğan en andere vooraanstaande Turkse politici herhaaldelijk dreigen om Griekenland binnen te vallen en de eilanden in de Egeïsche Zee terug te nemen.
Vorige maand ramde een Turkse patrouilleboot een Grieks kustwachtvaartuig voor de kust bij Imia. Turkse oorlogsschepen hebben onlangs ook de aardgas-boorrechten van Cyprus - waarvan het noordelijke deel sinds 1974 illegaal door Turkije is bezet - geschonden door een Italiaans onderzoeksgasplatform te verhinderen om daar te boren.
Het is de hoogste tijd dat het Westen een serieuze discussie voert of de agressieve en illegale acties van Turkije in de regio stroken met de principes van de NAVO en de EU.
Uzay Bulut is een Turkse journalist die momenteel in Washington D.C. gevestigd is.