Volgens een bericht van Karim Dahimi dat op 6 maart 2012 verscheen en verspreid werd in het Farsi, werd de in Nederland wonende Arabische-Iraniër, Saeed Mousa Mosavi, een dichter en mensenrechtenactivist van de Ahwazi (een minderheidsgroep in Iran), ontvoerd en mishandeld toen hij 's avonds terugkeerde naar zijn huis.
Dat was niet voor het eerst dat een een Ahwazi activist door het Iraanse regime buiten Iran hard werd aangepakt. Eerder, eveneens in Nederland, werd het huis van een andere Ahwazi activist in brand gestoken na dreigementen van agenten van het Iraanse regime.
Mosavi verklaarde dat hij tijdens zijn beproeving, werd uitgekleed, gefilmd en gemarteld met elektrische schokken. De agenten blijkbaar wisten alles over de dagelijkse activiteiten van Mosavi en ondervroeg hem over Ahwazi activisten die hem bij hem thuis hadden bezocht. Hij werd ook ondervraagd over een aantal specifieke Iraans-Arabische activisten.
Eerder, in Hamburg, Duitsland, had Mosavi dreigementen via de telefoon ontvangen in het Farsi na enkele voordrachten van zijn Arabische poëzie, maar hij zei dat hij verkozen had om de oproepen te negeren. Tijdens zijn gevangenschap, zei hij, vertelden zijn ontvoerders hem dat "hij maar naar hun eerdere waarschuwingen had moeten luisteren."
Mosavi is een van de beroemdste dichters van de Ahwazi. Zijn activiteiten, zowel binnen als buiten Iran, zijn altijd van culturele aard, in het bijzonder zijn klassieke Arabische poëzie.
De Islamitische Republiek vervolgt systematisch verschillende etnische en religieuze minderheden in Iran. De groep Arabieren in Iran vormen ongeveer twee tot vijf miljoen mensen, of tot zeven procent van de bevolking. Ze leven voornamelijk in de olierijke provincie Khuzestan in het zuiden van Iran, die ook bekend staat als Ahwaz onder de Arabische-Iraniërs.
Een poster van de Facebookpagina van de National Liberation Movement van Ahwaz. |
Volgens een rapport van Amnesty International over Iran:
"Ondanks constitutionele garanties van gelijkheid, worden personen die behoren tot minderheden in Iran onderworpen aan een hele reeks discriminerende wetten en praktijken. Deze omvatten de confiscatie van grond en eigendom, ontzegging van de werkgelegenheid onder de discriminerende gozinesh selectie criteria en beperkingen van de sociale, culturele, taalkundige en religieuze vrijheden die leidt tot andere schendingen van de mensenrechten, zoals de gevangenneming van politieke gevangenen, onbillijke procesveoring van politieke gevangenen voor revolutionaire rechtbanken, lijfstraffen en het gebruik van de doodstraf, evenals beperkingen op beweging en ontkenning van andere burgerrechten."
De aanslag op Mosavi is niet de eerste keer dat een Ahwazi activist het doelwit is van het Iraanse regime buiten Iran. Eerder werd het huis van een ander Iraanse Ahwazi in Nederland in brand gestoken nadat hij rechtstreeks werd bedreigd door agenten van de Iraanse regering.