Dat de deal van de Obama-regering met Iran een fictie-werk is, was reeds aan iedereen bekend, maar nu heeft Ben Rhodes, de plaatsvervangend nationaal veiligheidsadviseur voor strategische communicatie, het op zich genomen daar de auteur van te zijn. In een lang interview met New York Times verslaggever David Samuels, heeft de wereld vernomen dat Rhodes de "meester-vormgever en verkoper is van Obama's buitenlands beleid-verhalen", en dat hij de "strategie aanvoerde in de succesvolle Iran-deal berichtencampagne". Samuels prees Rhodes als "een verteller die een schrijverspen weet te gebruiken om een agenda te verpakken als politiek."
Welkom bij het postmoderne techno-voorzitterschap waar alles tekst is, die gemakkelijk gemanipuleerd wordt door geschoolde schrijvers, en dan verspreid in 140 of minder tekens. Houd je niet van de feiten? Wijzig dan het verhaal. Wat echt telt is "hoe het eruit ziet."
In het midden van zijn kruiperige profilering legde Samuels een aantal leugens bloot, die achter het verhaal van Iran liggen, of liever gezegd: citaten van Rhodes zelf. Bijvoorbeeld dat de eerste contacten naar Iran toe in 2012 waren, en niet in 2013. Ik wed dat het zelfs eerder begon. Rhodes erkende zelfs dat er niets "gematigd" is aan de Iraanse leiders Rouhani, Zarif of Khamenei. Maar deze afspraken en feiten zijn in strijd met het verhaal, dus ze zijn listig herschreven en aan het publiek verkocht met verschillende verhaallijnen en verschillende thema's. Buiten Washington, D.C. wordt dit gedrag soms leugens genoemd.
Het verhaal van Rhodes is in de kern een eenvoudig verhaal, waarin een held gewapend met speciale vaardigheden en wapens, een zoektocht doet, en een bepaalde strijd vereist tegen de krachten van het kwaad. Het bevat elementen van een oude epos, middeleeuwse romantiek, als een achttiende-eeuwse roman, met elementen van drama hier en daar ingelast.
De held, natuurlijk, is Rhodos' levensechte held: Barack Obama (met wie hij "gelijke gedachten heeft", zoals hij blijkbaar vertelt aan iedereen die het wil horen). Het speciale wapen van de held is diplomatie - in het geval van Iran is het een gezamenlijk alomvattend plan van actie (JCPOA), alias "Iran-Deal". Maar Rhodes zelf is ook een held in het verhaal, als hij aan Samuels in een bijzonder ontroerend moment vertelt: "Ik weet niet meer waar ik begin en waar Obama eindigt."
Barack Obama werkt aan een toespraak met Ben Rhodes, de plaatsvervangend nationaal veiligheidsadviseur voor strategische communicatie. (Afbeeldingsbron: Pete Souza/Witte Huis) |
In zijn verhaal is Iran veranderd in een gematigde regering door een magie van fictie, en de nieuwe schurken, dat is iedereen die zich verzet tegen de JCPOA, en die zijn herschikt als de oorlogsstokers. Dat zijn: Benjamin Netanyahu, Ted Cruz, en de meerderheid van de Amerikanen. Zoals Samuels het stelt: "De deal neerzetten als een keuze tussen vrede en oorlog, dat was Rhodes' doel - en het bleek een winnende argumentatie te zijn."
Maar het was niet echt een winnend argument. Het Amerikaanse publiek noch het Congres werd erdoor overgehaald. Dat is de reden dat Obama er niet in slaagde het als een Verdrag in de Senaat te ratificeren. In het gunstigste geval is Ben Rhodes de auteur van een Pyrrusoverwinning, door ervoor te zorgen dat de 45e of 46e president met deze zelfde keuze zal worden geconfronteerd als president Obama. Maar dan tegen een Iran dat inmiddels gewapend is met nucleaire wapens. In het slechtste geval is Rhodes de auteur van een tragedie die hij zelf niet eens begrijpt.
Rhodes' verhaal is zelfs niet eens een bijzonder goede fictie. Verkeerde identiteiten, vage tijdlijnen, schurken in vermomming en met een twee-dimensionale held, dat zijn de clichés. Maar de kwaliteit van fictie maakt niet uit, zolang de consumenten het maar slikken. En dit is waar Rhodes echt in uitblinkt, als een relatief ondiepe denker, meestal behendig in het beïnvloeden van andere ondiepe denkers, en in het bedotten van mensen die te druk zijn om de moeite te nemen meer te leren.
Rhodes is trots op de manier waarop hij de onnozele en hongerige media manipuleert, die meestal bestaat uit overschrijvers die voorwenden verslaggevers te zijn. Vanuit zijn Witte Huis 'War Room' delen hij en zijn assistent, Ned Price, hun "Iran vriendelijk" voorbereide berichten naar de media die staan te wachten met hun iPhones, klaar om de dagelijkse sessies en sprookjes om te zetten in feiten voor de ongeïnformeerden. Trots dat hij "een echo-kamer" had gemaakt, was hij niet in staat om zijn minachting te verbergen voor de slaafse volgelingen die zijn fictie versterken. Rhodes noemt hen "27-jarigen die letterlijk niets weten." Die de verteller volgen, die hen de zinnen aanreikt. Samuels toont ons dat hij ook in is voor een grap: hij wijst erop dat "Rhodes heel bedreven is geworden in het laten buikspreken van meerdere mensen tegelijk."
In zijn dagelijkse conversatie, zo vertelde Samuels ons, brak Rhodes bijna iedereen af die er voor Obama was (Kissinger, Clinton, Bush, Gates, Panetta) als "de Mop" - het establishment dat de wereld zo erg beschadigde dat alleen een magische held het weer kan herstellen. Rhodes vertelde aan Samuels dat het "volledige gebrek aan bestuur in grote delen van het Midden-Oosten het project is van het Amerikaanse establishment." Dit is wat er gebeurt met buitenlands beleid als het is toevertrouwd aan ongekwalificeerde en slecht onderwezen mensen.
Over acht maanden kan Ben Rhodes terugkeren naar zijn vroegere leven - zoals hij het stelt: "drinken, hash roken en rondhangen in Central Park." En vermoedelijk het schrijven van nog meer fictie - dit keer misschien van het eerlijke soort en niet te pretenderen non-fictie te zijn. De hele wereld, met uitzondering van misschien wel de wereld van fictie, zal beter af zijn.
A.J. Caschetta is senior docent aan het Rochester Institute of Technology en een Shillman-Ginsburg medewerker aan het Midden-Oosten-Forum.