VN-Veiligheidsraad Resolutie 2334, aangenomen op 23 december 2016, was een politieke versterking van de UNESCO-resolutie, die de geschiedenis van Israël in het historische thuisland uit de Bijbel wiste en verving door de Koranversie van de Bijbel.
Een stemming in de VN-Veiligheidsraad (illustratief). [Afbeeldingsbron: US State Department] |
Deze VN-resolutie bewijst eens te meer dat er een islamitische controle is over de politiek en de cultuur in de internationale instellingen. Geleid op een dwaalspoor, weg van hun primaire missie, zijn deze internationale organisaties hulpmiddelen van corruptie geworden, ter versterking van de islamitische macht wereldwijd. Maar laten we niet vergeten dat de voorstemmers staatshoofden zijn, volledig bewuste en verantwoordelijke personen, met belangen en ideologieën die vaak crimineel zijn, en dat ze niet allemaal een vertegenwoordiging zijn van de opinie van hun volk dat zij tiranniseren, met inbegrip van de Europese "democratieën". Hun meest recente resoluties bevestigen niet alleen de overwinning van het jihadisme en het analfabetisme: ze geven ook het succes aan van de jarenlange inspanningen van het naoorlogse Europa, dat maar bezig blijft met het vernietigen, belasteren en de-legitimiseren van de Hebreeuwse staat, in de naam van het islamitische recht. Het begin van deze lange reis dateert vanaf 1967, in Frankrijk.
Wat zijn dan wel deze Israëlische "nederzettingen", die de naties zo enorm obsederen? Zijn het uitgestrekte gebieden met duizenden kilometers van Israël, gaan ze over de zeeën en oceanen? Hoe kunnen zo weinig mensen hen dan "veroveren"? Laten wij de feiten niet vergeten: in 1948 verklaarde de Arabische Liga een jihad ter vernietiging van de Joodse staat. De legers van vijf Arabische Staten overschreden de grenzen van Palestina, waar de San Remo-resolutie (1920) een legitimiteit had erkend van een Joodse Nationaal Tehuis. Egypte nam daarbij Gaza in beslag, Syrië het gebied op de Golan, en Transjordanië koloniseerde het gebied van Judea en Samaria en de oude stad van Jeruzalem. De Joodse inwoners werden vermoord of verdreven door de Arabische kolonisten, die hun bezittingen en huizen in beslag namen en hun synagogen en begraafplaatsen verwoestten. De strijd stopte met een wapenstilstand en op de wapenstilstandslijnen (van 1949), en er was geen vrede en er werden geen internationale grenzen erkend. Maar tot de grote teleurstelling van miljoenen Nazi-Europeanen en hun medewerkers werd Israël niet weggevaagd. Ook verwelkomde het land de miljoen Joden die waren beroofd en verdreven uit de Arabische landen. Geen Europese natie protesteerde tegen de islamitische kolonisatie van de Joods-Palestijnse gebieden, of tegen de uitzetting van de Joodse bewoners en de inbeslagname van hun bezittingen, ook niet tegen de vervolging van Joden in de Arabische landen. Tussen 1949 en 1967, toen de Israëli's werden samengebracht in een besloten gebied zonder enige internationale grenzen en verduurden zij de eindeloze jihadistische aanvallen van hun buren.
In 1967 waren het opnieuw de gecombineerde legers van Egypte, Syrië en Transjordanië die Israël binnenvielen om het te vernietigen, maar deze keer nam Israël al het land terug dat in 1949 was overgenomen, en dat gereinigd was van de Joden [Judenrein gemacht], dat was gearabiseerd en geïslamiseerd. Dit waren de gebieden waaruit de Palestijnen de Joden hadden verdreven, en waarnaar Europa nu refereert als zijnde "nederzettingen", terwijl het in werkelijkheid Arabische kolonies waren. Ze heten Jeruzalem, Judea en Samaria.
De oorlog van 1967 eindigde met een Arabische nederlaag. En opnieuw weigerde het Arabische kamp vrede. En de wapenstilstandslijnen hielden de strijders gescheiden. Resolutie 242 (van 22 november 1967) van de VN-Veiligheidsraad heeft een oplossing aanbevolen voor de twee golven van vluchtelingen – zowel de Arabische als de Joodse - evenals de voorwaarden voor een te sluiten vrede tussen Israël en de Arabische landen die de Palestijnse gebieden hadden bezet en gekoloniseerd en alle Palestijnse Joodse inwoners hadden verdreven of gedood in 1949. Het vermeldde niet de Palestijnse Arabieren als een afzonderlijke volk; die ook niet bestonden op dat moment. De Arabieren waren vastbesloten in de vernietiging van Israël en hebben deze resolutie verworpen.
Israëls bliksemoverwinning in 1967 vernederde Frankrijk, dat na zijn dodelijke dekolonisatie oorlogen met het verlies van talloze moslim-koloniën, graag wat dichter bij de Arabieren wilde komen door de antisemitische kaart uit te spelen. Resolutie 242 was geschreven in het Engels, en Frankrijk vertaalde die in het Frans, en vervalste het proces door een invoegen van het woordje "de" vóór "gebieden", een woord dat bitter bevochten was tijdens de onderhandelingen om expliciet aan te geven dat niet al het betwiste land was ingesloten. Het is deze Franse fout die nu wordt opgedrongen.
Frankrijk had nauwe banden met de Palestijnse leider van de Moslimbroederschap, Amin al-Husseini, de Grand Mufti van Jeruzalem en bondgenoot van Hitler en het Vichy-regime. Deze alliantie creëerde het "Palestijnse volk", dat is uitgevonden door de Palestijnse voorzitter Yasser Arafat, de neef van de grootmoefti en de vertegenwoordiger van de PLO. Frankrijk, die de moefti had gered van de Neurenbergse processen door hem te verbergen. Hij was de eerste om Arafat te erkennen in 1969 en om hem toe te laten tot de toen nog terughoudende Europese Gemeenschap. Om erkenning te krijgen op het internationale podium, gebruikte het "Palestijnse volk" terreur - door het uitvinden van vliegtuigkapingen, door middel van gijzeling van burgers, en door terroristische aanslagen in Europa.
In oktober 1973 hebben Egypte en Syrië nogmaals Israël aangevallen en weer een nederlaag opgelopen. Maar dit keer verklaard het OIC een olieboycot voor alle landen die niet Arafat en de Palestijnse Bevrijdingsorganisatie organisatie (PLO) erkenden, en die geen ondersteuning gaven aan de Arabische zaken (Verklaring van de Arabische topconferentie in Algiers op 28 november 1973). Europa haastte zich om het Franse standpunt te adopteren in december 1973 en plande samen met het OIC een agenda van politieke maatregelen gericht op het vernietigen van de Joodse staat door haar soevereine rechten en aanspraken op een onverdedigbaar grondgebied te ontkennen. Resolutie 2334 is nu de kers op de taart van dit beleid, dat zich in verschillende stadia heeft ontwikkeld en de basis vormt voor een Europees-islamitisch beleid om zich samen te voegen in alle Europese Unie politieke en sociale sectoren, evenals om het globalisme te bevorderen en de handhaving van de supranationale besluitvormende bevoegdheden van de VN.
Om te beginnen: er werd een kunstmatig Palestijns Arabisch "volk" opgericht ter vervanging van het volk van Israël. Een Europees leger van vervalsende historici en Arabische christelijke dhimmis [niet-moslims die zich om maar te leven onder de islam hebben overgegeven] heeft de historische kenmerken van de Joden aan hen overgedragen. Ze maakten een symbool van zaligheid: de vermeende bezetting en de kolonisatie werden gesymboliseerd in Israël; en de Palestijnen werden vergeleken met Jezus gekruisigd aan het kruis van het zogenaamde "zionistische nazisme". De Franse islamofiele en anti-Zionisten, Louis Massignon en Jacques Berque, waren de initiatiefnemers van deze rol-omkering tussen de Joodse slachtoffers van het Nazisme, en de Nazi-vervolgers, bijgestaan door hun islamitische bondgenoten op het slagveld en in de vernietigingskampen, onder leiding van de moefti.
Namen van steden en regio's werden geïslamiseerd: Jeruzalem werd genoemd Al-Quds en de Westelijke Jordaanoever werd de vervanging van Judea en Samaria. Jihad en dhimmitude werden taboe-woorden. Het OIC en haar satellietstaten, met inbegrip van Europa, hadden bevolen tot een geplande afschaffing van Israël. Geen enkel argument kon meer de veroordeling of een hatelijke campagne verhinderen, door een ondermijning van woorden en taal, wat het moest rechtvaardigen. Er was geen enkel punt om nog voor te pleiten. Waarheid noch moraal zou deze uitspraak veranderen: Israël was de oorzaak van de oorlog, van de terroristische aanslagen, van alle onrechtvaardigheid, van al het kwaad dat de islamitische wereld en Europa te lijden had, slachtoffers van het jihad-terrorisme - maar wat werd toegeschreven aan het bestaan van Israël. De strijd voor het elimineren van Israël was een rechtvaardige zaak, en werd een strijd voor de vrede genoemd.
De Euro-Arabische Alliantie deed haar best om de Israëli's te criminaliseren want zij waren degenen die hun staat hebben teruggezet op hun historische vaderland. De nationale soevereiniteit van de Israëliërs, hun culturele en historische wortels, hun voortbestaan, hun successen en spectaculaire militaire overwinningen kregen verwijten en werden gedenigreerd. Het naoorlogse Nazi-Islamitische Bondgenootschap werd ingeblazen door de Palestijnse haat, en deed haar best om het succes van de Joodse staat op politiek niveau te neutraliseren, door ervoor te zorgen dat het onstabiel en onzeker bleef. Eindeloos lastiggevallen door Europese regeringen en hun legers met dhimmis, waren de Israëli's schuldig vanwege hun bestaan, en zij moesten zich daarvoor schamen, en zij waren gedwongen om zich te verontschuldigen, en van hen werd verwacht dat zij nederig hun vijanden zich lieten handhaven en zelf te lijden onder hun terrorisme zonder te protesteren of zich te verdedigen. Hun misdaad? Zij weigerden om zich te vermengen in dhimmitude en te verdwijnen door het opgeven van hun rechten en hun geschiedenis aan een volk dat gecreëerd was door de Euro-Arabische Alliantie (Eurabia), om hen te vervangen.
De PLO werd de jihadistische arm van de Ummah (de Islamitische Gemeenschap), en de belichaming van de theologische ideologie die de islamitische expansie rechtvaardigt evenals een toe-eigening van al het gebied, met tegelijk het tenietdoen van vorige culturen en volken, en het opgeven van al hun rechten, gewoonten en overtuigingen.
Staatshoofden, ministers van Europese zaken, de geestelijkheid, de dhimmi christenen die hun hovelingen waren geworden, boden hun hulp aan, meer dan blij om het goud te kunnen verzamelen, terwijl ze de brokstukken aan mensen en de geschiedenis voor hun voeten wegveegden als hinderpalen voor de vooruitgang en ze er eindelijk in slaagden om het van Israël af te nemen. En – zo geloofden zij – ze namen hen niets af. Maar alleen Israël, om daardoor een Holocaust te bereiken die begon in Europa, zodat er eindelijk een wereld, een mensheid zou ontstaan zonder Israël. De droom van Hitler en de moefti zou zijn gerealiseerd.
De Europese regeringen, de bondgenoten van de Palestijnse anti-Israëlische terroristen, die zij een "rechtvaardige zaak" noemden - die zij ook geestelijk voedden en financierden - geloofden dat zij veilig waren. Maar wat denk je? Dit beleid van de Ummah tegen Israël, actief ondersteund door de Europese en dhimmi hovelingen, werd losgelaten tegen het volk van Europa. Terroristenaanvallen tegen Israëli's tijdens hun festiviteiten? Nu zijn het de Europeanen die hun festiviteiten moeten beschermen door een leger van soldaten. Nu zijn de Europeanen aan de beurt om te zien dat er een vervanging van een bevolking wordt geschapen in eigen land, inclusief alle rechten die hen nu worden afgenomen. Het is de beurt aan de Europeanen nu ze gedwongen worden om afstand te doen van hun nationale, historische, culturele en religieuze identiteit, nu kunnen ze zich excuseren en de schuld op zich nemen vanwege te bestaan zoals ze zijn. Het is de beurt aan de Europeanen om te worden gedwongen hun grenzen te controleren en hun luchthavens te bewaken, en ook hun scholen, hun treinen, hun straten en hun steden met soldaten te beveiligen. Ironisch genoeg, terwijl de Europese regeringen de vernietiging van Israël overwogen, en samenwerkten met de vijanden van Israël, nu worden hun eigen mensen, hun eigen soevereiniteit en hun eigen veiligheid en hun eigen vrijheden vernietigd. De OIC gekoppeld aan hun haat tegen Israël, verblindde hen met hun goud en leidde de lafaards en bangerikken vastbesloten, onder de zweep van het terrorisme, richting oneer en vergetelheid.
Resolutie 2334 is het hoogtepunt in dit beleid, maar het is niet het laatste hoofdstuk van het verhaal. Syrië, Libanon, Irak en Libië bestaan niet langer, Egypte bestaat nauwelijks. In die ketel woeden de jihad-moslims die ooit droomden van het uitvoeren van de jihad tegen de Joden en christenen. Arabische dhimmi-geestelijken en -intellectuelen, die zijn geïnspireerd door de Euro-Arabische Alliantie tegen Israël met hun Palestijnse vervalsing, zien hun gemeenschappen gedecimeerd door hun eigen leugens. In een verwoest Europa worden mensen afgeslacht door vijandige "sektariërs" die zijn opgestaan om de ijverig dienaren van de OIC naar de schroothoop van de geschiedenis te sturen. Bezorgd over de volkswoede, durven ministers niet langer te liegen en worden gedwongen om het jihadisme te erkennen en de schuld aan het terrorisme te geven in plaats van aan Israël.
De toekomst mag eventueel ook nog wel de verzoening geven tussen de bevolkingsgroepen op basis van de erkenning van de legitimiteit van Israël's terugkeer naar haar thuisland. Omdat deze erkenning met zich mee zal brengen de vernietiging van de jihad tegen de christenen en alle niet-moslims. De erkenning van de legitimiteit van Israël's terugkeer naar haar vaderland is de essentiële voorwaarde van een islamitische vrede met de wereld, omdat het de ideologie van de Jihad zal afschaffen. Vrede met Israël garandeert een islamitische vrede met de diversiteit van de wereld. Misschien is dit de missie van Israël's terugkeer naar haar geboorteplaats, terwijl het alleen staat en strijd op het bloedige kruispunt van de naties.
Bat Ye'or, auteur van Eurabia: The Euro-Arab Axis, and of Europe, Globalization and the Coming Universal Caliphate (winnaar van een prijs in London, 2012) ontving een prijs in Israel (1986) voor haar studie op Oriental Jewry, en een prijs voor Courage of Free Speech in Parijs (2015) en in Bologna (2015) voor haar boek Comprendere Eurabia (2015). Haar nieuw uitkomende boek, Understanding Eurabia, wordt gepubliseerd door Gatestone Institute en RVP Publishers in 2017.