De Palestijnse vrouwen die in Syrische gevangenissen worden vastgehouden, onderworpen aan verkrachting en verschillende vormen van marteling, zijn de slachtoffers van mislukte Palestijnse leiders die alleen maar om hun bankrekeningen lijken geven en hun baan willen behouden. (Bron: iStock. Het beeld is illustratief en vertegenwoordigt geen enkele persoon in het artikel.) |
Voor Palestijnse vrouwen in Syrië was er geen reden om Internationale Vrouwendag te vieren, een gebeurtenis die eerder deze maand wereldwijd werd herdacht. Terwijl in veel landen vrouwen feestvieren, onthulde een rapport van een mensenrechtenorganisatie, de Action Group for Palestinians of Syria, dat 107 Palestijnse vrouwen onder barre omstandigheden in Syrische gevangenissen werden vastgehouden.
De Palestijnse vrouwen werden volgens de Actiegroep voor Palestijnen van Syrië door de Syrische autoriteiten gearresteerd aan het begin van de burgeroorlog in dat land in 2011. "De Syrische veiligheidsautoriteiten houden sinds het begin van de oorlog in Syrië nog steeds tientallen gevluchte Palestijnse vrouwen vast", aldus de Groep. De onderzoekers van de groep zeiden dat ze in staat waren om de gevallen van 107 Palestijnse vrouwen die nog steeds in de gevangenis vastzitten op te tekenen; 44 uit de regio van Damascus, 12 uit de stad Homs, vier uit de stad Daraa en 41 uit verschillende delen van Syrië.
Onder de vrouwelijke gedetineerden bevinden zich universiteitsstudenten, activisten en moeders, van wie sommigen volgens het rapport met hun kinderen werden opgesloten. De "getuigenissen van sommige vrouwen die uit de gevangenis werden bevrijd, bevestigen dat zij aan diverse vormen van marteling door Syrische veiligheidsfunctionarissen waren onderworpen," aldus het rapport. "Het moet vermeld worden dat Palestijnse vrouwen in Syrië zijn onderworpen aan arrestatie, ontvoering, dood en invaliditeit als gevolg van het conflict in Syrië dat in maart 2011 uitbrak."
Een ander rapport van dezelfde groep onthulde dat sinds 2011 34 Palestijnse vrouwen in Syrische gevangenissen zijn gestorven als gevolg van foltering. In totaal zijn er 570 Palestijnen, waaronder vrouwen, kinderen en ouderen, sinds het begin van de burgeroorlog in Syrische gevangenissen gestorven, aldus het rapport.
Een andere statistiek toonde aan dat in totaal 484 Palestijnse vrouwen gedood zijn in Syrië tijdens de gevechten tussen de verschillende rivaliserende partijen: 240 als gevolg van beschietingen, 68 als gevolg van een gebrek aan medische zorg en door de blokkade opgelegd door het Syrische leger op het vluchtelingenkamp Yarmouk in de buurt van Damascus, 28 door sluipschutters, 37 in bomexplosies, 24 door schietpartijen, 26 door verdrinking en vijf die standrechtelijk werden geëxecuteerd op openbare pleinen.
Volgens de groep zijn er sinds het begin van de burgeroorlog in 2011 in Syrië in totaal 3.920 Palestijnen gedood. Nog eens 317 Palestijnen zijn vermist, terwijl 1734 Palestijnen worden vastgehouden in verschillende gevangenissen van de Syrische regering.
In een recent rapport van het Turkse persbureau Anadolu werd vastgesteld dat ook Syrische vrouwen gemarteld en verkracht werden in Syrische gevangenissen. Anadolu zei dat 13.500 vrouwen die door de Syrische autoriteiten worden vastgehouden, in de gevangenis zijn gemarteld en verkracht. Op dit moment, aldus het rapport, worden er 7.000 vrouwen vastgehouden in Syrische gevangenissen.
Een ex-gevangene die zichzelf identificeerde als Rana vertelde dat de Syrische veiligheidsagenten gedurende haar verblijf in de gevangenis een vrouw en haar dochter, die in een nabijgelegen cel werden vastgehouden, levend verbrandden. Zij herinnerde zich dat twee andere vrouwen uit de stad Aleppo werden verkracht door gevangenisbewakers. Ze zei dat ze zelf in een kleine cel werd vastgehouden, samen met 15 andere vrouwen die aan verschillende vormen van marteling werden onderworpen.
Twee jaar geleden klaagde een 18-jarige Palestijnse vrouw, onder de schuilnaam Huda, dat zij herhaaldelijk was verkracht tijdens haar gevangenschap in een Syrische gevangenis. Ze zei dat ze was gearresteerd door leden van de Palestijnse terroristische groepering Popular Front-General Command, een militie die samenwerkt met de Syrische autoriteiten, bij de ingang van het kamp Yarmouk waar ze woont. Voordat Huda werd overgedragen aan de Syriërs, hebben haar Palestijnse gevangenbewaarders haar en drie andere Palestijnse vrouwelijke arrestanten gemarteld.
"De [Syrische] ondervragers ondervroegen mij over de identiteit van vrouwen en mannen in het kamp Yarmouk... Toen ik ontkende dat ik hen kende, sloegen ze mij in elkaar en gaven mij elektrische schokken. Ik werd ook 15 dagen lang verkracht. Soms werd ik meer dan tien keer per dag verkracht door verschillende officieren en bewakers.
In haar getuigenis zei Huda dat ze zwanger raakte als gevolg van de verkrachting, maar dat ze een miskraam kreeg onder de slagen.
"Ik had ernstige bloedingen en verloor het bewustzijn... De verkrachting van vrouwelijke gevangenen was heel gewoon. Eén vrouw probeerde meerdere malen zelfmoord te plegen en beukte haar hoofd tegen de muur van de cel. Waarna ze elke keer urenlang het bewustzijn verloor."
Tijdens haar opsluiting, zei Huda, was ze er getuige van dat een 20-jarige vrouw ook zwanger werd nadat ze herhaaldelijk was verkracht:
"Nadat ze bevallen was, kon ze het niet verdragen om de baby te zien of hem bij zich in haar cel te houden... Ze kon het huilen van de baby niet verdragen, dus probeerde ze hem te doden, zodat ze hem niet meer zou zien. Een paar dagen later kwam er een gevangenisbewaker die het kind wegnam.
De benarde situatie van de Palestijnse vrouwen in Syrië is een kwestie die de Palestijnse leiders op de Westelijke Jordaanoever en in de Gazastrook niet lijkt te storen. Deze leiders zijn te druk bezig met vechten en aanzetten tot geweld tegen elkaar, tegen Israël en de VS. Ze zijn het lijden van hun volk in een Arabisch land als Syrië volledig vergeten.
In de afgelopen twee weken lijkt de rivaliteit tussen de regerende Fatah-fractie van de Palestijnse Autoriteit op de Westelijke Jordaanoever en Hamas in de Gazastrook nieuwe hoogten te hebben bereikt, vooral nadat Hamas naar verluidt de botten van tientallen Fatah-aanhangers en functionarissen in de Gazastrook heeft gebroken.
Hamas heeft Fatah ervan beschuldigd achter de recente protesten tegen de economische rampspoed in de Gazastrook te zitten. Om de protesten de kop in te drukken stuurde Hamas veiligheidsagenten de straat op om de armen en benen van veel demonstranten te breken. Één van de slachtoffers was Atef Abu Seif, de Fatah-woordvoerder in de Gazastrook, die ontvoerd en zwaar mishandeld werd. Hij is in ernstige conditie, met gebroken armen en benen. Fatah beweert dat Hamas achter de aanval zat.
Fatah-functionarissen hebben gereageerd op het harde optreden van Hamas door Hamas een terroristische organisatie te noemen en de veiligheidstroepen te vergelijken met de geheime politie van nazi-Duitsland, de Gestapo. President Mahmoud Abbas van de Palestijnse Autoriteit heeft eveneens woedend gereageerd op het harde optreden tegen zijn aanhangers in de Gazastrook. Hamas, zo zei hij, zal "in de vuilnisbak van de geschiedenis belanden".
Voor de Palestijnse vrouwen in Syrië is het voortdurende geschil tussen Fatah en Hamas het laatste waar ze zich zorgen over maken. Deze vrouwen, die het slachtoffer zijn van verkrachting en verschillende vormen van marteling in Syrische gevangenissen, zijn het slachtoffer van deze mislukte Palestijnse leiders die zich alleen maar zorgen lijken te maken over het vullen van hun bankrekeningen en over hun baan. Geen enkele Fatah- of Hamas-ambtenaar - of de Verenigde Naties of westerse zogenaamde "mensenrechtengroepen" - heeft zich uitgesproken tegen de benarde situatie van Palestijnse vrouwen in Syrië. Waarom zouden ze ook, wanneer ze het grootste deel van hun tijd alleen maar modder naar elkaar gooien en tegelijkertijd hun volk blijven opzetten tegen Israël en de VS?
Bassam Tawil is een Arabische moslim die in het Midden-Oosten is gevestigd.