In een poging om zijn uitvoerende presidentiële systeem te verdedigen, haalde de Turkse President Recep Tayyip Erdogan Hitler-Duitsland aan als een effectieve vorm van regering. Ja, zei hij, je kunt in een eenheidsstaat het presidentiële systeem krijgen zoals in Hitler's Duitsland. Zijn kantoor beweerde later dat de president "Hitler's Duitsland" als metafoor had gebruikt, en dat het was "verdraaid" door de media. Erdogans woorden over Hitler-Duitsland kunnen dan misschien wel of niet zijn vervalst, maar de manier waarop hij Turkije regeert doet eraan denken hoe krachtig Hitler het Derde Rijk regeerde.
Met of zonder vervorming van Erdogans woorden, er werd een strafrechtelijke aanklacht ingediend tegen Sedat Ergin, de hoofdredacteur van de meest invloedrijke krant in het land, de Hurriyet. Officieren van justitie eisten de maximale vijf jaar gevangenisstraf voor Ergin, voor het, naar verluidt, beledigen van Erdogan. De aanklacht stelde dat Hurriyet de president beledigde met een parafrase over zijn op 6 september 2015 gemaakte opmerkingen, over een aanval door de verboden Koerdische arbeiders partij (PKK) bij de grens met Irak, een aanval waarbij 16 Turkse soldaten werden gedood.
Deze krankzinnige aanklachten zijn niet langer nieuw in het Turkije van Erdogan. Op 11 januari openden officieren van Justitie een strafrechtelijk onderzoek naar de presentator en de producent van een populaire praatshow met de beschuldiging van "terroristische propaganda". Deze stap kwam nadat een beller, die zichzelf bekend maakte als een onderwijzeres, protesteerde tegen de burgerslachtoffers tijdens de recente veiligheidsoperaties, die werden ondernomen tegen de PKK. De beller spoorde het publiek aan om zijn stem te verheffen tegen de dood van "ongeboren kinderen, baby's en moeders". Ze heeft echter niet eens de PKK genoemd.
Volgens een rapport van de Turkse vereniging van journalisten, werden in 2015 in Turkije 500 journalisten ontslagen, terwijl 70 anderen onderworpen werden aan fysiek geweld. Dertig journalisten zitten in de gevangenis, meestal op beschuldiging van terrorisme. Onnodig te zeggen, dat de ongelukkige journalisten steevast vastzitten vanwege kritisch te zijn geweest ten aanzien van Erdogan.
Journalisten zijn niet de enigen die bedreigd worden door de rechterlijke macht en het rechtshandhavingsapparaat, dat stellig loyaal is aan Erdogan. Op 15 januari hield de politie tal van academici aan die Erdogan had aangemerkt als "duistere mensen" vanwege de ondertekening van een verklaring die de militaire operaties tegen de PKK aan de kaak stelde.
Meer dan 1100 Turkse en 300 buitenlandse academici ondertekenden de verklaring, waarvan de Turkse aanklagers denken dat het "de staat beledigt en dat ze betrokken zijn bij terroristische propaganda namens de PKK." Net voor de arrestaties deed Erdogan minachtend over de ondertekenaars en riep de rechterlijke macht op om op te treden tegen dit "verraad".
"Juist omdat ze titels voor hun namen hebben als hoogleraar en arts, maakt dit niet dat ze verlichte mensen zijn. Dit zijn duistere mensen," zei Erdogan. "Ze zijn schurken, en verachtelijk, omdat degenen die aan de zijde van schurken staan, zelf schurken zijn."
In hun verklaring zeiden deze "verraders" dat zij verwierpen dat ze "een partij van misdaden" zijn, en ze verzochten de regering om te stoppen met wat zij noemen een "slachting".
Een veroordeelde maffia-leider, een bekende nationalistische man, bedreigde de ondertekenaars publiekelijk met: "Wij zullen ons onderdompelen in hun bloed." In tegenstelling tot de "terroristische" academici, is hij tot nu toe niet aangeklaagd voor deze bedreiging.
"Voor de Turkse democratie (wat dat dan ook is) is dit weer een nieuwe laagheid. Het bevestigt dat dit een "democratie" is met een steeds meer afnemende vrijheid van meningsuiting. Het is een "democratie" waar de 'stem van de natie' in de praktijk de stem is van de politieke meerderheid en haar glorieuze leider, die dissidente stemmen intimideert en laat zwijgen," zo schreef Hurriyet columnist Mustafa Akyol.
De statistieken van het Turkse Ministerie van Justitie verklaren dit enorme democratisch tekort in het Turkije van Erdogan misschien wel het best. Turkije's gevangenissen hebben een totale capaciteit van 180.176 gedetineerden. Met ingang van 13 januari had Turkije een totaal van 179.611 gedetineerden, wat betekent dat er geen ruimte meer is als Turkse aanklagers nog er 565 gevangen zet.
Dit alles gebeurde niet in het Duitsland van de late jaren 1930, maar wel in het Turkije van de 21e eeuw.
Ondertussen kiest Europa ervoor om haar "onderhandelings" betrekkingen met Turkije te koesteren, en om fluitend de andere kant op te kijken.
De Europese Unie zou iets kunnen zeggen over de vervolging van de academici die de verklaring ondertekend hebben, aangezien dat "uiterst zorgwekkend" is. Brussel ziet al een langere tijd niet dat Turkije de drempel overschrijdt van zaken die "uiterst zorgwekkend" zijn.
De prominente journalist Can Dundar, die in de gevangenis zit op beschuldiging van terrorisme sinds 26 november, had gelijk toen hij in een open brief aan de Italiaanse minister-president, Matteo Renzi, schreef dat "de toenadering tussen Turkije en de Europese Unie over vluchtelingen, niet de schendingen van de fundamentele rechten en vrijheden in Turkije mag overschaduwen, tijdens het proces van toetreding van het land naar de EU."
In werkelijkheid zijn Turkije's ongerechtigheden te groot om verborgen te worden achter de gebruikelijke diplomatieke woorden zoals "bezig houden" en "zich zorgen maken". Voorafgaand aan het bezoek van de Turkse Minister-president Ahmet Davutoglu in Londen met Groot-Brittannië's David Cameron verzochten meer dan twee dozijn prominente schrijvers, waaronder David Hare, Tom Stoppard, Hari Kunzru, William Boyd, Ali Smith, Sarah Waters en Monica Ali, de Britse premier om er bij de Turkse regering op aan te dringen haar hardhandige optreden tegen de vrijheid van meningsuiting een halt toe te roepen.
De Welshe, Engelse en Schotse takken van PEN zeggen het in gewone taal: "De afgelopen vijf maanden zijn intimidatie, bedreigingen en zelfs fysieke aanvallen tegen journalisten, schrijvers en uitgevers de norm geworden [in Turkije]."
Turkije is nu meer dan "zorgwekkend".
Burak Bekdil, woont in Ankara, is een Turkse columnist voor de krant Hürriyet en medewerker bij het Midden-Oosten-Forum.