Volgens een vertrouwelijke memo van januari 2016 van de antiterreur-afdeling van het Franse ministerie van Binnenlandse Zaken is Frankrijk inmiddels al de gastheer voor 8250 radicale islamisten - een toename van 50% in één jaar.
Sommige van deze islamisten zijn naar Syrië gegaan om zich bij de Islamitische Staat te voegen, anderen zijn in alle lagen van de samenleving geïnfiltreerd, te beginnen met de politie en het leger.
Een gelekte geheime memo van het Ministerie van Publieke Veiligheid, gepubliceerd door Le Parisien, beschrijft details van 17 zaken van geradicaliseerde politieagenten tussen 2012 en 2015. Er werd specifiek gewezen op agenten die luisterden naar moslimgezang, en dat ook verspreidden, terwijl ze dienst hadden.
Sommige van deze agenten hebben openlijk geweigerd om synagogen te beschermen of om een minuut stilte in acht te nemen om stil te staan bij de slachtoffers van terroristische aanvallen.
Daar bovenop werd de politie gewaarschuwd voor een agente die terrorisme aanwakkerde op Facebook, en die haar uniform een "vies vod van de Republiek" noemde terwijl ze haar handen er aan afveegde. In januari van 2015, kort na de aanvallen op Charlie Hebdo en de Hyperchacher supermarkt in Vincennes, waarbij 17 mensen het leven lieten, schreef ze op haar Facebook: "Gemaskerd aanval geleid door zionistische lafaards... Ze moeten gedood worden."
Dat agenten gewapend zijn en toegang hebben tot databases van de politie, maakt de angst alleen maar sterker.
Ondanks dat er vanuit het hoofdkwartier van politie wordt beweerd dat dergelijke gevallen zeldzaam zijn, is er toch besloten om op wekelijkse basis te bekijken wie er gedrag heeft vertoond dat de regels voor de scheiding van kerk en staat heeft geschonden, zoals van moslimagenten die naar radicalisering leken te neigen. Patrice Latron, die een kantoor van de politie-prefect in Parijs bestiert, vertelde aan Le Parisien dat deze zaken "zeer marginaal" voorkomen.
De politie is niet de enige die zich zorgen maakt. Het Franse leger toont zich ook ongerust. Er zijn geen statistieken over het aantal islamitische militairen binnen de Franse strijdkrachten, maar het wordt breed gedacht dat het er veel zijn, en ze dat ze gevoelig zijn voor islamistische invloeden, zeker omdat Frankrijk militair betrokken is in Afrika, tegen Al Qaida in de Islamitische Maghreb (AQIM) en tegen de Islamitische Staat in het Midden-Oosten. Sinds de aanvallen op Charlie Hebdo in januari 2015 is de grootste operatie van het Franse leger echter op eigen grondgebied: 10.000 gewapende militairen worden ingezet om synagogen te beschermen, evenals joodse scholen, trein- en metrostations en zelfs enkele moskeeën - om te laten zien dat Frankrijk die niet als vijand beschouwt. Hun missie is niet langer om slechts een aanvullende kracht te zijn maar, zoals Le Figaro het duidde, om "op permanente basis militaire missies op eigen grond uit te voeren."
Al aan het begin van 2013, tijdens de vijfde parlementaire nationale veiligheidsconferentie, verklaarde kolonel Pascal Rolez, adjunct van de assistent-directeur van de counter-interventie unit van het Departement voor Defensie, Veiligheid en Bescherming (DPSD): "We zien een toename in radicalisering in het Franse leger, vooral sinds de kwestie Merah." Mohammed Merah, een jonge Franse moslim, vermoordde drie Franse militairen in Toulouse en Montauban, evenals vier Franse joden op een school in Toulouse.
In 2012 vermoordde Franse moslim Mohammed Merah drie Franse militairen, evenals vier Franse joden op een school. Vandaag, met veel zaken waarin Franse moslimsoldaten en -agenten radicaliseren, maken de veiligheidsdiensten zich zorgen over het risico dat "leden van de diensten hun eigen collega's aanvallen."
Om geradicaliseerde militairen te identificeren houdt de DPSD een oogje op veranderingen in kledingdracht, opvallend ziekteverlof, reisbestemmingen of de diefstal van voorraad of materieel.
Sinds de aanslagen op Charlie Hebdo en de kosjere supermarkt, bemerken de media ook verschillende signalen van radicalisering in het Franse leger.
Op 21 januari 2015 kondigde het radiostation RFI aan dat ongeveer 10 Franse militairen gedeserteerd waren uit het leger om bij de jihadisten te gaan strijden in Syrië en Irak. Jean-Yves Le Drian, minister van Defensie, bevestigde dit verhaal, hoewel hij wel wel waarschuwde dat dit "zeer zeldzame" gevallen betrof. Kennelijk houdt een van deze veteranen nu de positie van emir in Deir Ezzor in Syrië, waar hij een groep van een stuk of tien Franse strijders leidt, die hij zelf heeft opgeleid. De andere Franse deserteurs zijn explosieven-experts en paratroepen, sommigen komen van commando-eenheden binnen het Franse Vreemdelingenlegioen.
Eveneens in januari van 2015, na de aanvallen in Parijs, ontdekte de politie dat "Emmanuelle C", een 35-jarig vrouwelijk lid van de gendarmerie (paramilitaire politie), in 2011 was bekeerd tot de islam en een relatie had met Amar Ramdani, die werd gezocht voor wapen- en drugshandel. Ramdani is een bondgenoot van Amedy Coulibaly, die verantwoordelijk is voor de moorden bij Montrouge en de Hyperchacher in Parijs. Ramdani werd geobserveerd door de inlichtingendienst van de politie, DRPP, vanuit het "publieke" deel van het fort in Rosny-Sous-Bois (Seine-Saint-Denis). In dit fort huist de wetenschappelijk tak van de gendarmerie. Emmanuelle C werd beschuldigd van het plegen van meer dan zestig veiligheidsinbreuken in de dossiers van de verdachte (FPR). Ze werd veroordeeld tot een jaar voorwaardelijk en ontslagen uit de gendarmerie.
In juli van 2015 onthulden de media dat er ongeveer 180 ontstekingsmechanismen en 10 blokken plastic explosieven waren gestolen uit een legerdepot in Marseille. De onderzoekers vermoedden handlangers van binnen uit omdat de daders zeer goed geïnformeerd leken. Er zijn derhalve twee opties in het nog lopende onderzoek: islamitisch terrorisme of diefstal.
Op 16 juli 2015 onthulde president François Hollande dat een aanval op een Franse militaire basis was verijdeld. Drie dagen eerder waren vier mannen aangehouden, van wie eentje een marineveteraan was. Ze bekenden hun plannen om een marinebasis in het zuiden van Frankrijk te infiltreren, een hoge officier te onthoofden en foto's daarvan op sociale media te verspreiden.
Op 6 maart 2016 werd een "geradicaliseerde" veteraan, Manuel Broustail, gearresteerd op het moment dat hij in Marokko uit een vliegtuig stapte. Volgens de Franse krant Presse Ocean had Broustail in zijn koffer een machete, vier keukenmessen, twee zakmessen, een intrekbare wapenstok, een zwart masker en een gaspatroon. De Franse militair en islambekeerling was eerder onder langdurig huisarrest geplaatst in Angers (Maine-et-Loire), enkele dagen na de afgrijselijke aanvallen in Parijs waarbij 130 mensen het leven lieten. Hij was in 2014 uit het leger ontslagen en sindsdien stond hij onder toezicht van de Franse veiligheidsdiensten. De media leken bezorgd dat zo'n persoon, met zulke wapens op zijn persoon, zomaar door een luchtvaartcontrole kon glippen en op een vliegtuig naar het buitenland kon stappen.
Volgens Thibaut de Montbrial, een terreurspecialist en president van het Center for Internal Security Studies, is het grootste risico dat er "agenten zijn bij veiligheidsdiensten die hun eigen collega's aanvallen. Iemand in uniform die iemand anders aanvalt met hetzelfde uniform. In Frankrijk is zo'n scenario niet ondenkbaar. Veiligheidsdiensten moeten dit in hun achterhoofd houden."
Yves Mamou, die in Frankrijk woont, werkte twee decennia als journalist voor Le Monde.