Volgens een nieuw rapport zijn de afgelopen 15 jaar bijna 400 Britse meisjes, soms pas 11 jaar oud, seksueel uitgebuit door islamitische verkrachtingsbendes in Oxfordshire. Het rapport beschuldigt plaatselijke vertegenwoordigers ervan het misbruik herhaaldelijk genegeerd te hebben. Dit zou zijn voortgekomen uit een "cultuur van ontkenning."
De schaal waarop het misbruik plaatsvond in Oxfordshire, een provincie in Zuidoost Engeland, doet sterk denken aan het gelijksoortig seksueel misbruik door islamitische bendes in Bristol, Derby, Rochdale, Rotherham en Telford. Dit lijkt te impliceren dat het hier niet om geïsoleerde incidenten gaat, maar om een epidemie.
Het 133 pagina's tellende Serious Case Review (SCR) werd gepubliceerd op 3 maart, dezelfde dag dat premier David Cameron de zogeheten Downing Street Abuse Summit bijeenriep, waar hij nieuwe maatregelen onthulde waarmee hij meer daders voor het gerecht zou kunnen krijgen.
Het rapport — dat onthult dat er "redenen zijn aan te nemen" dat er sinds 2004 373 meisjes seksueel zijn uitgebuit door bendes in Oxfordshire — concentreert zich op de getuigenissen van zes meisjes, inclusief hun contact met de autoriteiten. De meisjes waren slachtoffers in de "Operation Bullfinch"-rechtszaak uit 2013, waarin zeven moslims schuldig werden bevonden aan het vervoeren en verkrachten van de meisjes in 2004 en 2012.
Volgens het SCR zijn de zes meisjes tussen 2005 en 2010 500 keer als vermist opgegeven — de helft van hen stond destijds onder het toezicht van Jeugdzorg-instituties — maar de autoriteiten namen niet de moeite de vermissingen te onderzoeken.
Hoofdstuk 2 van het rapport bevat uitsneden van de openingsvoordracht van het OM, dat bedoeld was om het leed van de meisjes te benadrukken. De mannen "overstelpten de meisjes met alcohol en lieten hen kennis maken met met drugs als cannabis, cocaine, "crack" en soms heroine. De meisjes raakten verslaafd aan bepaalde drugs en voelden zich niet meer in staat om zonder te leven. Dit maakten hen des te afhankelijker van de mannen."
Het rapport gaat verder met:
"De mannen gebruikten extreem fysiek en seksueel geweld en dreigden dat als zij het ooit in hun hoofd haalden de groep te ontvluchten, zij hen en hun families iets aan zouden doen."
"De verdachten namen de meisjes mee naar andere plaatsen, meestal hotels, gasthuizen, of leegstaande private vertrekken, waar andere mannen seks met hen hadden. Dit gebeurde vaak in groepen en in ruil voor geld, dat overigens niet aan de meisjes maar aan de mannen betaald werd."
"De meeste mannen die zich schuldig maakten aan het seksueel misbruik deden dit voor een periode van meerdere jaren. Zij waren stuk voor stuk ouder dan elk meisje en oud genoeg om te weten waar zij mee bezig waren. Zij wisten welke schade zij het meisje berokkenden, zij wisten van hun leed, zij wisten dat het illegaal was en dat het in veel gevallen moreel verwerpelijk was. Kort gezegd, hun gedrag was bewust en aanhoudend. Veel van de seksuele misdaden jegens de meisjes waren extreem verdorven van aard. De meisjes kregen meestal drugs toegediend en waren amper bewust van wat er allemaal gebeurde. Inderdaad, dit was volgens hun de enige manier waarop zij met de situatie om konden gaan."
"Het seksuele misbruik bestond uit vaginale, anale en orale verkrachting en omvatte ook het gebruik van objecten als messen, hakmessen, honkbalknuppels, seksspeeltjes... Vaak werd dit vergezeld door vernederende en degraderende handelingen zoals bijten, krabben, urineren, verstikking en bondage. Ook werden zij geslagen en verbrand. Deze mishandelingen werden meestal uitgevoerd door groepen mannen; vaak ging het dagenlang door."
"De plaatsen waar de meisjes heengebracht werden waren vaak private vertrekken en gasthuizen in Oxford. Sommige van deze private huizen stonden leeg en leken exclusief voor het misbruik gebruikt te worden. De mannen die betaalde om seks te hebben met de meisjes kwamen niet altijd uit Oxford; veel kwamen van ver, uit plaatsen Bradford, Leeds, London en Slough. Het lijkt erop dat zij speciaal naar Oxford kwamen om de meisjes te misbruiken, vaak op afspraak met de mannen die de meisjes vasthielden."
"Tussen het seksueel misbruik door, dat soms dagen aanhield, zorgden de mannen ervoor dat de meisjes bewaakt werden, zodat zij niet konden ontsnappen. Naast hun misbruik op verschillende locaties in Oxford, zijn sommige meisjes ook vervoerd naar andere plaatsen als Londen en Bournemouth, om ook daar misbruikt te worden."
Hoofdstuk 3 van het SCR rapporteert hoe plaatselijke autoriteiten het misbruik in 2005 al hadden kunnen stoppen, maar hier niet in slaagden omdat zij de aangiften van de meisjes niet serieus namen. Het rapport bevat meerdere verklaringen van de meisjes tijdens interviews, waaronder:
"Ik kwam door mijn trui en tot het kruis doorweekt en in het bloed bedekt tussen 02:00/03:00 aan op het politiebureau. Ze stuurden me weg alsof ik ondeugend geweest was, een lastpak."
"Waarom zou een dertienjarige dit verzinnen?"
"De maatschappelijk werker wilde gewoon horen wat [de werker] wilde horen, zodat men geen actie hoefde te ondernemen."
"De politie vroeg me nooit waarom — ze brachten me alleen naar huis."
"Ik dacht dat als ik de politie zou vertellen wat er echt gaande was, ze me niet zouden geloven, en dat ze hen niet zouden arresteren... Ze deden helemaal niets en daardoor dacht ik dat er niets aan gedaan kon worden."
"Ik deed aangifte van een man die uitbuitte vanuit een kindertehuis. Hij werd gearresteerd en vrijgelaten, waarop hij mij wederom uitbuitte."
"De raad van Oxford en een andere raad maakten ruzie over mij, en deden hun best niets te hoeven doen. Het was niet mijn schuld dat ik misbruikt ben."
"De Sociale Dienst waste hun handen — 'het is jouw keuze' vertelde ze mij."
"Een vrouwelijke politie agent vond mij temidden van dronken mannen. Ik zei dat het okay was, waarop zij vertrok en mij achterliet met hen. Die avond werd ik misbruikt."
Het SCR toonde ook aan dat ouders verbitterd waren over het gebrek aan zorgen door de politie en maatschappelijk werkers, die vaak de meisjes zelf de schuld gaven voor de situatie waarin zij verkeerden. Ouders stelden onder andere:
"De politie wilde niemand vervolgen tenzij een daadwerkelijk waterdichte zaak hadden."
"Niemand dacht aan ons — hoe het zou zijn als het hun dochter was."
"De politie weigerde ons adressen te geven, zodat wij ze niet naar huis konden halen."
"Ze was minderjarig, maar ons werd verteld dat het onze zaak niet was."
"Ik probeerde maatschappelijk werk het bewijs voor te leggen —- het interesseerden hen niet. Het was overduidelijk dat het iets seksueels betrof."
"Een groot deel van haar leven is haar ontnomen — ze had op de jeugd-schaatsclub of het schoolbal moeten zijn —- dat hebben zij haar allemaal ontnomen: de daders en de autoriteiten die niet optraden terwijl zij alles wisten."
"Ik denk er de hele dag aan, wat mijn "schatje" is overkomen en wat ik heb gedaan omdat ik niet begreep wat mij overkwam. Zij wisten wat er gebeurde en vertelde mij niets."
"Waarom lieten zij het doorgaan tijdens een zo lang durend onderzoek."
"Volgens de politie verkeerde ze niet in gevaar, ze zeiden dat ze gelukkig was, en ze weigerde mij te vertellen waar ze was."
"Haar een knuffel geven en haar op McDonald's trakteren was de maatschappelijk werker's oplossing."
"Een manager zei [voordat het misbruik en de exploitatie duidelijk werd]: "Ze is streetwise en geniet ervan."
"[Na een diefstal waarbij een meisje met een oudere man werd aangetroffen] De politie onderzocht de inbraak, niet het feit dat een dertienjarig meisje bij een oudere man verbleef."
"Bij vergaderingen tussen instituties werden er geen notulen gemaakt en er waren nooit agenda's."
"Het kinderopvangcentrum vertelde me niet dat ze vermist was."
"Ik hoopte wanhopig op een reactie die ons zou steunen, in plaats van een die ons de schuld geeft en voor schut zet."
Het rapport houdt niemand verantwoordelijk of aansprakelijk. Het wijt het uitblijven van actie aan een "gebrek aan kennis" en "organisatie-technische tekortkomingen." Het rapport concludeert:
"Het SCR ziet geen bewijs voor moedwillig professioneel verzuim of wangedrag, maar er was soms wel sprake van een zorgelijk gebrek aan nieuwsgierigheid en doortastendheid en veel werk had significant beter en anders gedaan moeten worden. Er is weinig bewijs dat doet vermoeden dat het plaatselijke begrip van seksueel kindermisbruik, en hoe daar mee om te gaan, significant verschilt van dat in andere delen van het land."
"Aan de oppervlakte kunnen veel van de illustraties uit het rapport lijken op laksheid en een professioneel gebrek aan aptitude en zorg. Dit beeld wordt echter instabieler wanneer het geplaatst wordt in de context van de kennis en de processen van die tijd, de praktische moeilijkheden met bewijs, en de professionele mentaliteit die zich niet voor kon stellen dat de meisjes "geen nee konden zeggen".
"Het overkoepelende probleem was dat zij de aard van het misbruik niet inzagen — het paaien, het weglokken van huis, de geleidelijk vervagen van instemming van de meisjes, de onmogelijkheid te ontsnappen en de pure horror van wat de meisjes moesten doorstaan — en het zagen als iets dat zij nagenoeg vrijwillig deden. Het werd gezien als iets dat de meisjes deden, in plaats van als iets dat hen werd aangedaan."
De Telegraph meldt dat plaatselijke Britse autoriteiten van over het hele land "substantiële intellectuele aandacht" besteden aan het vinden van redenen om verplicht onderzoek naar seksueel misbruik bij kinderen te omzeilen, uit angst voor "negatieve publiciteit.
Een onderzoek, geciteerd door de krant, vond meer dan 30 gevallen waarin plaatselijke autoriteiten weigerden een Serious Case Review uit te voeren, hetgeen volgens de wet vereist is wanneer een kind gewond is geraakt door misbruik. In veel gevallen is het maatschappelijk werk niet gelukt in kaart te brengen hoe "angst, overwerking, terughoudendheid, wensdenken en overoptimisme", bij maatschappelijk werkers tot slechte beslissingen leidde.
Tijdens de bijeenkomst voor kindermisbruik op 3 maart stelde premier Cameron dat Britse maatschappelijk werkers "een hele grote dosis gezond verstand" nodig hadden. Terwijl hij een citaat uit een rapport voordroeg zei hij:
"Het behoeft geen training in het herkennen van seksueel misbruik bij kinderen, om in te zien dat een twaalfjarige die seks heeft met een vijfentwintig jarige, niet juist is. En dat meisjes niet dronken, met blauwe plekken, half naakt en bloedend thuis komen na een afspraak met 'vrienden.'"
Cameron voegde hier aan toe:
"Ik denk dat het heel belangrijk is een stap terug te doen, en simpelweg te erkennen welke verschrikkingen er zich in ons land hebben afgespeeld. Jonge meisjes — en zeer jong zijn ze — die keer op keer op industriële schaal misbruikt worden, verkracht worden, en van de ene groep daders aan de andere groep door worden gegeven. En dat dit bovendien allemaal gebeurd is terwijl teveel organisaties en mensen deden alsof hun neus bloedde. We moeten er echt voor zorgen dat dit hier en nu stopt. Het zal niet meer gebeuren en we moeten misbruik erkennen voor wat het is."
Onder de nieuwe plannen die aangekondigd zijn op de top, wil de overheid de wet tegen "moedwillige verwaarlozing van professionele plicht", die eerder geïntroduceerd werd om ouderen en bejaardentehuizen te beschermen, uitbreiden ter bescherming van kinderen tegen "sexual predators." Dit houdt in dat leraren, maatschappelijk werkers, politie en gekozen vertegenwoordigers gebonden zijn te handelen wanneer er het vermoeden van seksueel kindermisbruik bestaat. Verzuimen zij dit, dan dreigt er een gevangenisstraf van vijf jaar. De nieuwe wet is van toepassing op alle niveau's binnen de bureaucratie, van laag- en midlevel-werknemers tot de meest gevestigde managers en directeuren.
Sommige commentatoren zijn sceptisch over de effectiviteit van Cameron's plan. In een interview met Sky News stelde de Tim Loughton, parlementariër voor de Conservatieve Partij en voormalig ondersecretaris van de afdeling Kinderen en Families, het volgende over het Oxfordshire-rapport:
"Een 'zorgwekkend gebrek aan nieuwsgierigheid' is een wel heel milde vertaling van de 'evidente incompetentie en verzuim' die zich liet gelden binnen meerdere instellingen van Jeugdzorg, maatschappelijk werk en de politie van Oxfordshire."
Loughton voegde hier aan toe dat onder deze nieuwe wet "moedwillig verzuim van de professionele plicht" bovendien zeer moeilijk te bewijzen zou zijn. Aanklagers zouden aan moeten tonen dat autoriteiten " slachtoffers actief het zwijgen opleggen" en dat "affaires bewust in de doofpot" gestopt zouden worden.
De Britse commentator Simon Kent was al even pessimistisch. Hij schrijft:
"In feite zijn het een generatie lang de leraren, coaches, politie, de staatsgezondheidszorg, en maatschappelijk werkers geweest die er niet in zijn geslaagd kinderen van seksuele roofdieren te beschermen."
"Systematisch falen is in stilte gedoogd, serie-verprutsers zijn beloond met promotie en klokkenluiders werden gedemoniseerd. Waarom zouden deze gebeurtenissen iets veranderen?"
"Het zal jaren duren voordat David Cameron's intenties volledig uitgevoerd zullen worden. Ondertussen zal het misbruik doorgaan, tot eeuwige schaamte van hen die de macht, maar niet de ideologische standvastigheid of ruggengraat hebben het te stoppen.
Kent concludeert: "Er is te weinig en bovendien te laat gedaan. Het is gewoon niet genoeg."
Soeren Kern is a een Senior Fellow bij het in New York gevestigde Gatestone Institute. Ook is hij een Senior Fellow Europese Politiek bij het in Madrid gevestigde Grupo de Estudios Estratégicos / Strategic Studies Group. Volg hem op Facebook en Twitter.