 Palestijnse functionarissen blijven dagelijks leugens verspreiden over Israël en de Joden, ook al helpt Israël hen in de strijd tegen het coronavirus. Voor de Palestijnse leiders lijkt het erop dat de oorlog tegen Israël belangrijker is dan de strijd tegen een pandemie en het redden van het leven van hun eigen volk. Op de foto: Een politieagent van de Palestijnse Autoriteit staat buiten een ziekenhuis in Ramallah op 12 maart 2020. (Foto door Abbas Momani/AFP via Getty Images) |
Wat is het verband tussen het onlangs onthulde plan van de Amerikaanse president Donald Trump voor vrede in het Midden-Oosten en het coronavirus?
De Palestijnse leiders lijken te geloven dat er een verband bestaat tussen het vredesplan, ook bekend als de "Deal van de eeuw", en de coronaviruspandemie. Volgens deze leiders maakt Israël gebruik van de gezondheidscrisis om het Trump-plan uit te voeren en nieuwe woningen voor Joden op de Westelijke Jordaanoever te bouwen. Ze verwijzen naar het voornemen van Israël om een nieuwe weg aan te leggen tussen het E1-gebied en Jeruzalem, en 3.500 appartementen te bouwen in Ma'aleh Adumim, ten oosten van Jeruzalem.
Ten eerste staat het bouwprogramma in het gebied al meer dan 20 jaar op de agenda. Alle Israëlische regeringen sinds Yitzhak Rabins tweede ambtstermijn als premier in de jaren negentig van de vorige eeuw hebben het gesteund.
Ten tweede werd de recente Israëlische aankondiging gedaan in de laatste week van februari, vóór de uitbraak van het coronavirus in Israël en de Westelijke Jordaanoever. De aankondiging kwam in feite aan de vooravond van de verkiezingen van 3 maart en was waarschijnlijker een belofte van de verkiezingscampagne van premier Benjamin Netanyahu.
Op 18 maart zei het Uitvoerend Comité van de PLO, waarvan de leden een vergadering hielden in Ramallah, dat het "de uitbuiting van het coronavirus door de Israëlische bezettingsregering afwijst om haar beleid van bouw van nederzettingen en koloniale expansie voort te zetten".
Het comité, bestaande uit oude PLO-leiders en loyalisten van de President van de Palestijnse Autoriteit, Mahmoud Abbas, beweerde dat de Israëlische regering en de Joodse kolonisten de uitbraak van het virus uitbuiten om "bomen te vernietigen, huizen en voertuigen aan te vallen en nieuwe wegen te effenen om te gebruiken door kolonisten [op de Westelijke Jordaanoever] om de onheilspellende zogenaamde "Deal van de eeuw" uit te voeren".
Bovendien veroordeelden de PLO-leiders Israël omdat het "kuddes Joodse kolonisten" in Jeruzalem zou hebben toegestaan de Al Aqsa-moskee te bestormen. Ze verwezen naar de routinematige, vreedzame bezoeken van Joden aan de Tempelberg. In feite "bestormen" de Joden het gebied niet. In plaats daarvan komen ze binnen als bezoekers in overleg met de Israëlische autoriteiten. Bovendien heeft, in tegenstelling tot wat de Palestijnen beweren, geen van deze Joden ooit een voet in de Al Aqsa Moskee gezet.
De Palestijnse functionarissen zijn echter niet bereid om "verward te worden door de feiten." Ze blijven dagelijks zulke leugens over Israël en de Joden verspreiden, zelfs als Israël hen helpt in de strijd tegen het coronavirus. In het Arabisch noemen we het wakkaha (lef).
Terwijl Israëlische en Palestijnse medische professionals samenwerkten om de verspreiding van het virus te voorkomen, kwam het officiële nieuwsagentschap van de Palestijnse Autoriteit, Wafa, met weer een bloedige laster tegen Israël.
Volgens Wafa liet Israël nu wolven vrij om kalveren van Palestijnse boeren in de Jordaanvallei aan te vallen. Het agentschap beweerde dat drie kalveren werden gedood toen ze werden aangevallen door wolven "die werden vrijgelaten door de Israëlische bezettingstroepen in het gebied van Jabarees in het noorden van de Jordaanvallei". Er zijn altijd al wolven in het gebied geweest, maar de bewering dat ze worden vrijgelaten door Israël is vals. Er is geen bewijs dat Israëliërs - of wie dan ook - ooit wolven in het gebied hebben vrijgelaten.
Een andere valse aanklacht die door Palestijnse functionarissen en mediakanalen wordt verspreid, beweert dat Israël gebruik maakt van de bezorgdheid van de wereld over de uitbraak van het coronavirus om "misbruikmaatregelen" op te leggen aan de Palestijnen die in Israëlische gevangenissen worden vastgehouden. De Palestijnse Gevangenen Vereniging (PPS) van de Palestijnse Autoriteit publiceerde op 17 maart een verklaring waarin zij "de Israëlische gevangenisadministratie ervan beschuldigde het coronavirus te gebruiken als voorwendsel om door te gaan met het opleggen van onrechtmatige maatregelen tegen Palestijnse gevangenen". De PPS riep internationale organisaties, met name het Internationaal Comité van het Rode Kruis, op om "een einde te maken aan de uitbuiting van de huidige situatie met het oog op het opleggen van meer onrechtmatige maatregelen tegen gevangenen".
Mahmoud Aloul, plaatsvervangend voorzitter van de regerende Fatah-factie van Abbas, droeg ook bij aan de anti-Israëlische campagne door de bewering te herhalen dat Israël gebruik maakte van de bezorgdheid van de wereld over het virus om het Trump-vredesplan uit te voeren.
Zoals blijkt uit de verklaring van de PPS en de valse beschuldigingen van de PLO-functionarissen, is het de Palestijnse leiding en niet Israël die het coronavirus uitbuit. Het is duidelijk dat de Palestijnse leiders het virus gebruiken om hun opruiingscampagne tegen Israël en de Joodse kolonisten voort te zetten in plaats van hun energie te richten op het voorkomen van de verspreiding van de ziekte.
De Palestijnse leiders lijken ook genoeg tijd te hebben om hun inspanningen voort te zetten om de Israëli's te vervolgen voor "oorlogsmisdaden" bij het Internationaal Strafhof (ICC). De Palestijnse leiders zijn klaarblijkelijk vastbesloten hun inspanningen voort te zetten om Israël in de ogen van de rest van de wereld te delegitimiseren.
Op 16 maart diende de Palestijnse Autoriteit haar "waarnemingen" in bij het ICC met betrekking tot het verzoek van de aanklager om de omvang van de territoriale jurisdictie van het hof in de door de PA gecontroleerde gebieden vast te stellen. Deze "waarnemingen" werden aan het ICC voorgelegd op hetzelfde moment dat Israël bezig was met de distributie van de coronavirus-testen onder de Palestijnen op de Westelijke Jordaanoever en in de Gazastrook.
"In de afgelopen twee weken zijn door Israël honderden coronavirus testen geleverd aan de Palestijnse gebieden en gezondheidssystemen als reactie op de uitbraak van het virus in de regio", aldus majoor Yotam Shefer van het Israëlische Ministerie van Defensie.
"Israëlische en Palestijnse gezondheids- en medische instanties werken samen in de opleiding van medisch personeel en het delen van kennis en apparatuur. We zullen onze gezamenlijke inspanningen voortzetten om de verspreiding van de ziekte te voorkomen en de volksgezondheid in de hele regio te handhaven."
Op 18 maart heeft Israël honderden testen voor het opsporen van het coronavirus geleverd aan de door Hamas bestuurde Gazastrook, samen met apparatuur voor medische bescherming. Dit is dezelfde Gazastrook van waaruit Hamas en andere Palestijnse terreurgroepen de afgelopen jaren duizenden raketten op Israël hebben afgevuurd en vorige week nog bommen verborgen in ballonnen hebben gelanceerd. Alleen al in februari werden meer dan veertig raketten vanuit de Gazastrook op Israël afgevuurd.
De Palestijnse leiders, die hun pogingen voortzetten om de Israëli's te vervolgen voor "oorlogsmisdaden", hebben voor hun eigen volk en de internationale gemeenschap verborgen gehouden dat Israël hen bijstaat in de oorlog tegen het coronavirus.
In plaats van de Palestijnen de waarheid te vertellen, blijven deze leiders hun volk tegen Israël aanzetten. De Palestijnse "waarnemingen" die aan het Internationaal Strafhof zijn voorgelegd, zwijgen over de Israëlische hulp aan de Palestijnen in de strijd tegen de verspreiding van het virus. Pas op 16 maart gaf een woordvoerder van de Palestijnse regering toe dat de Palestijnen en Israël een gezamenlijk commandocentrum hebben ingericht om het virus te bestrijden.
De Palestijnse leiders hebben opnieuw laten zien dat ze grootmeesters zijn in het spelen van een dubbelspel.
Aan de ene kant zoeken ze de hulp van Israël in de strijd tegen het coronavirus. Aan de andere kant hebben ze hun diplomatieke oorlogsvoering opgewaardeerd om te proberen Israël te delegitimiseren in de internationale gemeenschap. Voor de Palestijnse leiders lijkt het erop dat de oorlog tegen Israël belangrijker is dan de strijd tegen een pandemie en het redden van de levens van hun eigen volk. Toch zullen deze leiders en hun families, als de ziekte bij hen wordt vastgesteld, ongetwijfeld de eersten zijn die zich naar Israël haasten om daar medische behandeling te zoeken.
Khaled Abu Toameh, een bekroond journalist uit Jeruzalem, is een Shillman Journalist van het Gatestone Institute.