Sommige beslissingen zijn zo ongelofelijk dom, dat als iemand die het inhibitievermogen miste, ervan zou kunnen huilen. Een van deze beslissing werd onlangs in Engeland genomen.
Al jaren is het probleem van jonge meisjes die worden gerekruteerd voor seksueel misbruik door islamitische mannen, veelal van Pakistaanse komaf, een onderwerp dat onder de radar is gebleven. Dergelijke berichten circuleren al zo'n 15 jaar, maar worden naast angst, ook met tegenzin behandeld.
Elf jaar geleden, in 2004, zou Channel 4 een documentaire uitzenden genaamd "Edge of the City." Hierin zouden beelden uitgezonden worden van de ouders van meisjes zo jong als elf jaar, die waren gelokt voor misbruik en seks door bendes van mannen die beschreven werden als "Aziatisch." Maar er was een probleem. De Europese parlementsverkiezingen waren aanstaande. De voorspellingen waren dat de extremistisch en naar verluidt racistische British National Party (BNP) het goed zou doen in de verkiezingen in bepaalde delen van noord-Engeland. De organisatie "Unite Against Fascism," (een groep die zich zelfs trouwens ook vaak vrij fascistisch gedraagt), behoorde tot de groeperingen die opriepen tot het schrappen van de uitzending.
De timing was zonder meer problematisch: o.a. de leiders van de BNP schepten er zelf over op dat de documentaire hun partij ten goede zou komen, alsof deze plaatsvond in de zendtijd voor politieke partijen. De politie koos de kant van de bezorgde organisaties; Channel 4 besloot de uitzending op te schorten tot na de verkiezingen.
Wat de goede en slechte overwegingen achter Channel 4's beslissing ook mochten zijn, het was doorslaggevend. Niemand wilde extremistische groeperingen helpen hun voordeel te doen met deze docu. Het schandaal over het uitstel past echter binnen een groeiend discours — niet zonder geronde reden, zo is gebleken — van pogingen op de hoogste niveau's, waaronder de politie en lokale autoriteiten, om het rapport te bagatelliseren.
Sindsdien heeft deze tendens wortel geschoten. Het komt louter door de onbevreesde journalist van Times of London, Andrew Norfolk, en een handjevol anderen, dat sommige van de verkrachtingsbende-zaken de voorpagina-aandacht krijgen die zij verdienen.
De afgelopen jaren heeft het publiek geleerd dat deze misdaden niet alleen talrijker zijn dan men zich voor kon stellen. Ze zijn ook meer wijdverspreid. En het is niet alleen in noord-Engeland waar deze grooming-zaken voorkwamen.
Twee jaar geleden, tijdens de Operation Bullfinch rechtszaak in de Old Bailey te Londen, werden zeven mannen, allen vanuit een islamitische achtergrond, schuldig bevonden aan 59 instanties van kinder-grooming- en uitbuiting. De details van de zaak zijn pijnlijk: ze bevatten o.a. het drogeren en de groepsverkrachting van minstens zes minderjarige meisjes, verspreid over een aantal jaar. De verkrachtingen vonden niet plaats in een of andere "vergeten" stad in het noorden, maar in en rondom de universiteitsstad Oxford. Gelijksoortige zaken hebben de afgelopen jaren eindelijk hun pad naar de rechtbank gevonden. Kranten als de Times verdienen een hoop lof voor hun sobere, voorzichtige en prominente verslaggeving van deze dossiers.
Desondanks beklijft het gevoel blijft dat deze kinderverkrachtingszaken nog altijd over het hoofd gezien of verzwegen worden. Een officieel en onafhankelijk onderzoek naar de uitbuiting van jonge meisjes in Rotherham, vond misstanden op elk niveau van de met deze zaken belaste instituties. Het "Jay-rapport" stelde vast dat minstens 1400 meisjes slachtoffer waren geworden van uitbuiting, tussen 1997 en 2013, in rondom Rotherham alleen al. Ook toont het rapport genadeloos aan hoe de politie, gemeenteraad en sociale dienst allemaal op onnoemelijke wijze gefaald hebben gedurende die periode. Een harde algeheel beeld van institutioneel falen kan moeilijk voorgesteld worden.
Maar toch, zelfs in de nasleep van dit nationale schandaal, blijft de taboe rondom dit onderwerp intact. Afgelopen maand, in Bradford, werden 14 mannen en een 16-jarige jongen beschuldigd van misdaden "gerelateerd aan verkrachting en misbruik van meisjes onder de 16." De misdaden vonden naar verluidt plaats tussen 2011 en 2012. De mannen, waarvan de meeste in de twintig zijn, maar waarvan de oudste 62 is, hebben allen achternamen die droevig genoeg bekend voorkomen: Khan, Ali, Mahmood, Younis, Hussain. Ondanks dat de lokale pers het rapporteerde, leverde het maar één verhaal op de nationale pers op (BBC). Misschien wacht de nationale pers tot de rechtszaak begint, of speelt er iets anders? Ja, er speelt iets anders. Misdaden van deze aard worden nog altijd onder het tapijt geveegd — uit naam van politieke correctheid —- zonder enige zorg voor de schade die kinderen hiermee berokkend wordt. De kwestie is en blijft een waar kruidvat.
En dit brengt me bij iets dat daadwerkelijk om te huilen is. Temidden van dit alles — alle onweerlegbare jaren van bedekking, vermijding en de angst dat extremistische groepen het verhaal voor hun gewin zouden gebruiken — explodeert de publieke woede in steden waar deze misdaden voorkomen. In delen van noord-Engeland wordt geprotesteerd tegen het lokken en uitbuiten van minderjarige meisjes. Sommige van deze protesten nemen wellicht een onaangenaam generaliserende vorm aan — er zullen bijvoorbeeld mensen tussen zitten die, onterecht, menen dat "alle moslims" verantwoordelijk zijn voor deze misdaden. Maar zolang deze protesten legaal zijn, moeten ze door kunnen blijven gaan. Niet iedereen heeft een column in de nationale media om zijn stem te laten horen.
Dit betekent niet dat alle groepen die de protesten mede organiseerden — zoals de EDL en "Britain First" — allemaal even kosjer zijn. Maar het is goed mogelijk u een redelijk plaatselijk persoon voor te stellen, die zijn stem gehoord wil hebben, en die wil protesteren tegen het totale falen van de autoriteiten, waarmee de stad zich berucht heeft gemaakt.
Maar nu heeft de gemeenteraad van Rotherham zich zelfs, blijkbaar, toegelegd op het verbieden van deze protesten. Het laatste beetje macht dat de bevolking van de stad had, wordt hen nu ook ontnomen. Vorige maand vroeg de gemeenteraad het ministerie van Binnenlandse Zaken om "emergency powers" om de demonstraties tegen het lokken en uitbuiten van kinderen, te kunnen verbieden. De reden hiervoor was, volgens hen, kosten-gerelateerd. Volgens een lokale krant kostte één demonstratie afgelopen september, de stad meer dan een miljoen pond — ontegenzeggelijk een hoge prijs.
Niemand zal ontkennen dat zulke demonstraties — en contra-demonstraties — een groot ongemak zijn voor winkels en anderen in de Rotherham-omgeving. Maar door zelfs al te denken aan het verbieden van deze demonstraties, maakt de raad een van de grootste vergissingen denkbaar. Dat grooming alsmaar doorging en werd genegeerd en bedekt door de autoriteiten, is geen mening — het is een bewezen feit. Publieke woede om zulke gebeurtenissen is begrijpelijk. Maar, als legale uitingen van zulke woede verboden wordt, kan er maar een ding gebeuren: mensen zullen vermoeden dat er zelfs ergere dingen spelen. Een gemeente wiens autoriteiten kinderverkrachting een decennium lang door hebben laten gaan, en nu demonstraties tegen deze misdaden verbiedt, creëert een narratief van slachtofferschap waaruit daadwerkelijk niets goeds voort kan komen. Schreeuwen van woede — met name van deze soort — moeten verdedigd worden door het vrije woord, zeker wanneer zij zijn geworteld in feiten.